Spoorwegkathedraal
Dworzec Główny w Antwerpii, powszechnie uważany za najwspanialszy przykład architektury kolejowej w Belgii, powstawał w latach 1895-1905. Jego monumentalne wnętrze, będące mieszaniną wież, balkonów, szklanych kopuł i klasycznych kolumn, bardziej przypomina katedrę niż zwykły dworzec. Twórcą tego budynku był Louis Delacenserie, który wsławił się jako odnowiciel gotyckich budynków w Brugii. Ten ulubiony architekt króla Leopolda II (którego inicjały L odwrócone do siebie plecami umieszczono w różnych miejscach budynku) stworzył nowatorski projekt, czerpiąc inspirację z rzymskiego Panteonu oraz dworca kolejowego w szwajcarskiej Lucernie.
Sinds 1975 is het station een beschermd monument
Na tien jaar bouwen ontstond een prachtig hoofdgebouw, een eclectische mix van verschillende bouwstijlen en een indrukwekkende hal met platforms, ontworpen door Clément van Bogaert, gebouwd van staal en glas. Indrukwekkend is niet alleen het uiterlijk, maar ook de afmetingen 185 meter lang, 66 meter breed en 44 meter hoog. Lokale architect Jan van Asparen ontwierp de brug, versierd met meer dan 200 kleine torens, die parallel aan het spoor loopt.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd dit prachtige station, door de lokale bevolking de spoorwegkathedraal genoemd, aanzienlijk beschadigd door bombardementen. De meeste schade werd veroorzaakt door de V-2-raket, die vlakbij explodeerde, het glazen dak van de hal met platforms vernielde en de staalconstructie schenden. In 1986 werden het dak en de gevel van het station grondig gerenoveerd. Na vervanging van enkele stalen elementen, werd de structuur Bourgondische kleur geverfd.